Op een dag, ver terug in de tijd, een man die ik niet ken die een vrouw ging liefhebben en kinderen kreeg.
Deze kinderen zijn opgegroeid, hield andere kinderen van andere kinderen die ik weet niet wie ze waren en had andere kinderen, ik weet niet of gedraaid goede mensen, draaide slechte mensen.
weet niet of ze leefden eerlijk onder ogen de eigen zweet, de vruchten van hun arbeid, werden gedood of gestolen, het hielp degenen die zou, als gerespecteerd hun vrouwen als ze zijn volk, verdeeld over wat er wasgeëerd.
Ik weet het, ja, dat met een beetje geluk vonden ook hun liefde en maakten hun kinderen, die dan wel andere kinderen die anderen die anderen die anderen die anderen hadden gedaan deden deed.
Een van hen, die ik ook niet ken, heeft de vader van mijn vaders vader gemaakt. Die ene dag, met mijn moeder, heeft mij gemaakt. Ik, op zijn beurt, geholpen om mijn zoon, ALS JE WILT GOD, zal een andere zoon, die aan andere kinderen, die zal zijn anderen die anderen zullen doen, dat anderen zal maken, dat anderen zal maken te maken. Dat je geen idee hebt wie ik was, wie ik ben en wie ik nog wil zijn.
zal niet eens stel je voor, hier en terug in de tijd, ik voel me me een schandalige liefde voor al deze mensen passeren, en dat is om te komen. Het is een enorme vreugde om te weten dat de dingen zo zullen zijn, zo voor altijd.